Wat is het verschil tussen de vele G ¼’’ draden? En zijn ze onderling compatibel? Een van mijn collega’s heeft ook vaak problemen en raakt in de war door alle verschillende G ¼’’ draden die de markt te bieden heeft, of die door de klant worden gevraagd.
De meest voorkomende G 1/4’’ schroefdraden bij WIKA zijn ongetwijfeld de G 1/4’’ schroefdraad volgens EN 837 of DIN 3852-E. Maar daarnaast zijn er nog vele andere drukaansluitingen die allemaal als G 1/4’’ zijn gespecificeerd. Bijvoorbeeld G 1/4 Ermeto en G 1/4 DIN 3852-A, om er maar twee te noemen. Hoewel, zoals aangegeven in de aanduiding, alle drukaansluitingen een schroefdraad met de nominale diameter G 1/4’’ hebben, zijn de soorten afdichtingsdetectoren zo groot dat in sommige gevallen geen compatibiliteit mogelijk is.
Zo wordt G 1/4 volgens EN 837 meestal metallisch afgedicht, zelfs voor de schroefdraad. Een centreerconus biedt de mogelijkheid om ook zelfcentrerende afdichtingen te gebruiken. Deze schroefdraad, die voor manometers wordt gebruikt, vereist echter een blinde boring. G 1/4 volgens DIN 3852-E is daarentegen ook in de hydrauliek een veel voorkomende toepassing. Vorm E betekent dat er achter de schroefdraad een contactvlak met groef zit, waar een gestandaardiseerde vlakke kunststof pakking kan worden gemonteerd. Voor dit type schroefdraad is een eenvoudig doorvoergat met schroefdraad voldoende.
Uw contactpersoon zal u graag raadplegen, mocht u problemen hebben bij het kiezen of aanduiden van een schroefdraad.